Uit het Dagboek van Scharfrichter Caspar Kruse III : Goslar, 16 september 1633 – Doop in de Sankt Stephanikirche

 Vanmorgen ben ik met Anna, die rustte op een draagbaar, en onze oudste zoon Hans Caspar naar de kerk gegaan. Onze buren, voor zover ze ons dulden, stonden stil bij de Rosentor en keken ons na met die mengeling van nieuwsgierigheid en angst die wij kennen. De Scharfrichter blijft voor velen een man van onheil, zelfs als hij zijn kind ten doop brengt.

De Sankt Stephanikirche was koel en stil. De kaarsen brandden. Predikant Friedrich stond ons al op te wachten, zijn handen gewassen, zijn gewaad onberispelijk. Hij keek lang naar de kleine Wilhelm in mijn armen, maar sprak niets dan zegen. Ik stond daar voor het altaar, met het kind in mijn handen en de moeder achter mij, en ik voelde hoe iets zachts, iets groots door mijn borst trok – alsof God zelf voor even in de adem van mijn zoon sprak.

“Wilhelm,” sprak Friedrich luid en helder, terwijl hij het koude doopwater over het voorhoofd van mijn zoon liet glijden, “ik doop u in de naam des Vaders, des Zoons en des Heiligen Geestes.” En Wilhelm, Goddank, huilde. Geen schreeuw van angst, maar een levensroep, alsof hij de stad vertelde: ik ben er, en ik zal leven.

Na afloop schonken we de predikant zes Groschen, zoals het hoort, en Trina kreeg een halve Taler voor haar kunde en toewijding. Anna rust nu in bed, met het kind tegen haar borst. Ik heb een haan geslacht voor de bouillon, en de keuken ruikt naar laurier en peterselie. Alles is vredig, alsof voor even het oordeel uit mijn handen is genomen.

Vanavond zal ik bidden. Niet voor vergeving, zoals gewoonlijk, maar voor dank. Want vandaag – en gisteren – was ik geen Scharfrichter. Ik was vader. En dat is een zwaard dat evenveel gewicht draagt als het mijne aan de galg.




Reacties

Populaire posts van deze blog

Uit het Dagboek van Scharfrichter Caspar Kruse III : Goslar, 2 april 1641 – De kat in de hoek

De Zoektocht

Uit het Dagboek van Scharfrichter Caspar Kruse III : Goslar, 13 maart 1635 – Klokken voor de Keizer